Over stichting
Monimbó

Onze visie

Stichting Monimbó werkt vanuit het principe dat de mensen ter plekke zélf het beste weten wat goed voor hen is. We trekken ons het lot aan van de armste Nicaraguanen en richten ons met name op jongeren en educatie. Wij geloven dat het ondersteunen van projecten voor de ontwikkeling en opleiding van de jeugd de beste kansen biedt om een betere toekomst te creëren. Daarnaast richten we ons ook op ondernemerschap, aangezien ook dit kan leiden tot een betere toekomst.

Doelstellingen

De doelstellingen van de stichting, zoals per notariële akte vastgelegd, zijn:

  • Het inzamelen van fondsen voor projecten in Latijns-Amerika die gericht zijn op het verbeteren van de leefomstandigheden van arme mensen;

  • Het op efficiënte en effectieve wijze met behulp van lokale organisaties creëren van betere kansen voor deze doelgroep.
  • Ontstaan

    Stichting Monimbó is in 1996 ontstaan naar aanleiding van onze kennismaking met het Comité Freddy Rodriguéz. In dit buurtcomité in de stad Masaya in Nicaragua, namen bewoners uit de Indiaanse wijk Monimbó zelf het initiatief om hun leefomstandigheden te verbeteren. Het oprichten van een stichting in Nederland was een belangrijke stap om structureler iets voor dit prachtige land te kunnen betekenen.

    Werkwijze

    Stichting Monimbó ondersteunt ingediende projecten slechts met financiële middelen. Initiatief, leiding en uitvoering van de projecten zijn altijd in handen van de plaatselijke bevolking. Projecten worden met behulp van een voorstel en begroting vooraf getoetst aan de doelstellingen van Stichting Monimbó en achteraf verantwoord door middel van gedegen verslaglegging. Indien mogelijk maken we gebruik van vrijwillige, onafhankelijke contacten in Nicaragua om de lokale contacten te onderhouden. Tenminste eens in de paar jaar neemt het bestuur zelf polshoogte in Nicaragua bij de projecten. Tijdens zo’n reis (die uiteraard in eigen tijd en op eigen kosten wordt gemaakt) halen we de banden met onze contacten ter plaatse weer wat nauwer aan en beseffen we vooral weer voor wie we het doen.